Auteur: Gerjanne
Ik heb een nieuwe baan. Geen stage, geen studentenbijbaan, geen zaterdagbaan. Nee, een heuse, echte, volwassen baan. In de organisatie waar ik werk zijn dove mensen op zijn zachtst gezegd nogal in de minderheid. Feitelijk komt het erop neer dat ik de enige dove persoon ben in de hele organisatie. In de maanden na de start van mijn nieuwe baan leerde ik twee belangrijke lessen.
Les 1: uitleg
Eén onderdeel van mijn baan is het geven van briefings. Dit zijn een lessen over een specifiek onderwerp. Als ik zelf zo’n briefing geef, dan gaat er geen tolk mee. Dus het is aan mij om duidelijk te maken wat voor mij het beste werkt en hoe wij de communicatie kunnen laten slagen.
Dit komt erop neer dat ik voor elke briefing die ik geef, uitleg dat ik doof ben en dat er daarom bepaalde – door mij zelf bedachte – regels gelden. Denk bijvoorbeeld aan een regel waarin ik aangeef dat er over bepaalde dingen gediscussieerd mag worden, maar dat niemand door elkaar mag praten, dat iedereen elkaar moet laten uitpraten en dat iedereen zijn hand op moet steken wanneer hij iets wil vragen. Dat is soms lastig en mensen moeten daaraan wennen, maar het werkt wel.
Daarnaast laat ik vóór elke briefing dit YouTube-filmpje zien: http://bit.ly/gerjanne1. Een groot compliment voor de makers van dit filmpje, want het zorgt altijd voor heel veel begrip en verduidelijking en het laat goed zien hoe communicatie voor mij werkt.
Door het geven van deze briefings leerde ik les 1: ik moet zelf uitleggen hoe voor mij de communicatie het beste werkt, anderen doen dat niet voor mij omdat zij simpelweg niet weten hoe de communicatie het beste vorm gegeven kan worden.
Les 2: geduld
Ik las ooit een verhaal van een dove persoon die niet naar een bijeenkomst ging omdat de tolk niet welkom was. Dat snap ik. Als de tolk niet mee mag, dan voel je je niet volledig geaccepteerd. Daarnaast voel je je alleen in een massa mensen waar iedereen pratend communiceert, niemand gebarentaal kent en mensen niet door hebben dat je hen niet kunt volgen.
Toch heb ik geleerd om geduldig te zijn en dat thuisblijven niet altijd een oplossing is. Soms wel, wanneer het bijvoorbeeld om een lange lezing gaat en er geen uitgeschreven tekst beschikbaar is. Maar soms is er ook een andere oplossing. Je kunt nu eenmaal niet van horende mensen verwachten dat ze meteen snappen hoe dingen werken met een tolk. Natuurlijk is het fijn wanneer mensen vanaf het allereerste moment begrip tonen en de tolk welkom laten zijn. In de ideale situatie sturen ze ook nog eens voorbereidingsmateriaal op voor de tolk. Maar de maatschappij is ingericht op horende mensen. Net zoals dat veel gebouwen zijn ingericht op mensen die kunnen lopen en niet op mensen in een rolstoel.
Als ik zou zijn thuisgebleven bij elke bijeenkomst of briefing waarbij ik geen tolk mag meenemen, dan had ik nu waarschijnlijk geen baan meer. De oplossing ligt voor mij niet in het feit om maar thuis te blijven en niets te doen. De oplossing ligt in het feit om, als de tolk niet mee kan of mag, te vragen of er dingen op papier beschikbaar zijn. Zo ja, dan kan ik meelezen en op die manier de informatie meekrijgen. Zo nee, dan ga ik recht voor de spreker zitten, gooi ik al mijn lipleesvaardigheden in de strijd en maak ik er het beste van. En heel soms bestaat ‘het beste ervan maken’ simpelweg uit het feit dat ik gewoon aanwezig ben en later van mijn collega’s hoor wat er besproken is.
De tweede les die ik leerde is dat ik geduld moet hebben met mensen die nog nooit hebben samengewerkt met een tolk gebarentaal. Mensen die soms überhaupt van het bestaan van een tolk gebarentaal geen weet hebben. En dus moet ik geduldig blijven uitleggen wat een tolk komt doen, hoe de samenwerking met een tolk gaat, waarom de tolk voor mij handig is, et cetera.
Dit betekent overigens niet dat ik het altijd leuk vind om mensen voor de zoveelste keer uit te leggen wat de tolk komt doen. Of om te vragen of iemand duidelijk en vooral niet te snel wil praten. Soms ben ik het ook zat. Soms heb ik ook geen zin meer om alles te blijven uitleggen en herhalen. Soms wil ik het liefste gewoon horend zijn. Maar dan dwing ik mijzelf om te denken aan alle dingen die goed gaan, zoals mijn collega’s die hun best doen om duidelijk te praten zodat ik hen kan volgen. Dan dwing ik mijzelf om te denken aan één van mijn favoriete spreuken:
Als je denkt dat alles tegen zit, denk dan opnieuw.
Gerjanne schreef tijdens haar studie al blogs over volhouden en het vinden van een balans als je veel hooi op je vork hebt, zoals colleges volgen, opdrachten inleveren, tentamens halen, stage lopen, scriptie schrijven, een sociaal leven onderhouden...
Studeer jij ook of heb jij inmiddels ook een baan en ben je net als Gerjanne de enige persoon in de hele organisatie met een auditieve beperking? Dan begrijp je waarschijnlijk goed hoe lastig het kan zijn om bijvoorbeeld vergaderingen bij te wonen en met collega's te communiceren. Hoe heb jij dat opgelost? Deel jouw tips met de community door een mail te sturen naar de redactie en inspireer met je verhaal ook andere doven die in 'horende' organisaties werken.